Die reactie krijg ik regelmatig wanneer ik op netwerkbijeenkomsten vertel wat mijn bedrijfsactiviteiten zijn. Vorige week nam ik deel aan een nuttige training over het vergroten van je naamsbekendheid off- en online waarin werd verteld dat het belangrijk is een goede pitch te hebben (…overigens heb ik al gemerkt dat de meningen hierover uiteenlopen, maar dat ter zijde…). De pitch moet kort en bondig zijn dus op de vraag wat ik doe, volgt meestal iets in de trant van: “Ik adviseer en ondersteun bedrijven en organisaties op project- en interim-basis bij facilitaire projecten en vraagstukken”. De facilitaire mensen onder ons kunnen zich hierbij wel een voorstelling maken en vragen doorgaans door naar mijn expertise binnen het vakgebied. In het algemeen behoeft de pitch echter verdere uitleg. Vooral het woord facilitair blijkt lastig. Dus vervolg ik mijn verhaal: “Een facility manager is verantwoordelijk voor het runnen van het bedrijfshuishouden en zorgt ervoor dat de werkomgeving optimaal is ingericht zodat jij je werk kunt doen”. En dan volgt vaak een reeks van services die onder het beheer van facility management vallen, om tot slot nog een aantal voorbeelden te noemen van mogelijke vraagstukken en projecten waarvoor ik benaderd kan worden.

Onbekend maakt onbemind

Ondanks dat het vakgebied sinds de beginjaren meer en meer geprofessionaliseerd is, lijkt het begrip facility management nog lang niet overal ingebed. Vooral bij het (midden- en) kleinbedrijf levert de term vraagtekens op is mijn ervaring en onbekend maakt onbemind. Een uitgebreidere toelichting en pragmatischer benadering van het vakgebied facility management voor kleinere organisaties is daarom van belang om de toegevoegde waarde van deze van oudsher ‘toegepaste huishoudwetenschappen’ duidelijk en aantoonbaar te maken.

Er is namelijk ook in het midden- en kleinbedrijf voldoende toegevoegde waarde te leveren. Het feit dat deze organisaties veelal niet beschikken over een facilitaire afdeling of facility manager, uit zich in taakversnippering en een ad hoc-aanpak door medewerkers zonder facilitaire achtergrond. Dit resulteert in extra werkdruk, inefficiëntie en daarmee minder aandacht voor de core business met alle mogelijke gevolgen van dien. Voldoende argumenten om de facilitaire werkzaamheden verder onder de loep te nemen, lijkt mij.

Voordelen in kaart brengen

Of de werkzaamheden uiteindelijk ingevuld gaan worden door een eigen facilitaire organisatie of kunnen worden uitbesteed aan een flexibele facility manager die, vooraf afgestemd, naar behoefte taken overneemt, is afhankelijk van meerdere factoren. Zo bepalen onder andere de (kritieke) bedrijfsprocessen, de fysieke grootte van de organisatie (hoeveelheid gebouwen) en de omvang in medewerkers de mate van structurele of incidentele ondersteuning. Het is daarom zinvol te (laten) inventariseren wat facility management voor kleinere organisaties kan betekenen om inzichtelijk te maken welke kwaliteit- en continuïteitsverbeteringen, kostenbesparingen en/ of efficiencyslagen mogelijk zijn. Belangrijke aspecten in economisch zware tijden en daarmee is het ook voor het midden- en kleinbedrijf interessant zich te verdiepen in de voordelen van (flexibel) facility management!